Het is nu toch echt lente aan het worden. En dat merk ik dan niet alleen aan de vogels die me wakker fluiten of de bomen die groen aan het worden zijn, maar aan mijn huishoudelijke kriebels. Want hoe ouderwets het ook moge zijn, ik ben aan de voorjaarsschoonmaak. Niet zoals het toen hoorde, overigens. Vrouwen van een halve eeuw of langer geleden trokken daar een week voor uit en werkten het hele huis van boven naar beneden af. Nu heb ik maar heel weinig boven, dus dat scheelt, maar ik doe het op mijn eigen chaotische manier. Ik heb dit weekend de kast in de huiskamer opgeruimd en onze slaapkamer. Die slaapkamer is wel boven, dus dat is goed. Verder heb ik ook de rest van de huiskamer een goede beurt gegeven. Dat was hard nodig.
De slaapkamer was nog harder nodig. De kasten puilden uit en er lag een belachelijke hoeveelheid stof onder het bed. Maar nu is alles keurig schoon. Het kamertje ernaast is niet zo netjes. Daar slaapt jongste, die nog steeds in afwachting is van haar nieuwe kamer achter in het huis. Zij is nu ook aan de “schoonmaak”. Wat in theorie geweldig klinkt, maar in de praktijk betekent dat ze alle rommel op de grond gooit en dan niet meer weet hoe ze verder moet met opruimen. Tot ik het maar weer doe.
Het gaat wel elk jaar beter, dus ik heb goede hoop.
Zelf ren ik nu heen en weer tussen het onderhouden van de huiskamer en de slaapkamer (want nu wil ik ze graag zo schoon en netjes houden) en de klussen die nog op me wachten.
De tuin bijvoorbeeld. Tuinen moet ik eigenlijk zeggen, want we hebben drie stukken. De voortuin is het belangrijkst, dat zie je als je langsrijdt. Ik heb er nu twee keer een uur onkruid getrokken en je gaat het eindelijk zien. De zijtuin is gemakkelijk. Die is nu een stuk kleiner en er staan drie grote struiken en een boom, meer niet. Nou ja, meer moet er niet staan, ik moet dus ook daar onkruid gaan trekken. En dan de achtertuin. Veel te veel tegels naar mijn zin en toch bijna niet te onderhouden. Omdat we vanuit huis eigenlijk nauwelijks zicht hebben op de achtertuin (alleen vanuit een slaapkamer) verandert het daar ‘s winters vaak in een enorme puinhoop.
De stoelen zijn door de stormen door de hele tuin geblazen, er ligt hout dat nog verzaagd moet worden (voor het vuurtje, maar we hebben nu ook een enorme berg van mijn ouders gehad, dus we kunnen voorlopig branden) en mijn potten staan kriskras door de tuin. Met onkruid erin.
Ik moet dus buiten nog een hoop doen. En binnen eigenlijk ook. De keuken moet nog een grote beurt. Kastjes leeghalen en soppen en de oven boenen, dat soort dingen. Leuke dingen. Ik wil ook meteen “even” de muren witten eigenlijk. Want er zit een vreselijk lelijke plek boven de koelkast. We kregen lekkage.door de verbouwing van de buren. De lekkage is opgelost, maar de plek zit er nog.
Ik denk verder maar even niet aan dat kamertje van jongste en verdere verbouwingsachtige activiteiten, want dan heb ik tien dagen in een week en dertig uren in een dag nodig. Ik merk het nu al: ben ik een stuk actiever op huishoudelijk gebied, dan liggen een hoop andere bezigheden stil. Wat ook niet handig is. Ik moet een interview uitwerken, een jurk afmaken, kastjes die we vorige week voor een dochter bij Ikea gekocht hebben in elkaar zetten en haar sprei afmaken, de boekhouding doen en nog veel meer. Eigenlijk is het niet anders dan van de winter, ik heb het druk en mijn lijstjes worden steeds langer. Maar toch… als de was buiten hangt, als ik in het zonnetje in de tuin onkruid sta te trekken, als de kat zich behaaglijk uitstrekt in een streepje zon op de vloer, dan zie ik het allemaal niet alleen letterlijk maar ook figuurlijk een stuk zonniger in.
Schoonmaak
Categorie: Persoonlijk