Tussen de twee oudsten heerst de laatste tijd een grote rivaliteit. Dat schijnt zo te horen bij tweelingen, maar daar hadden we nog niet eerder last van gehad.
Op de basisschool hadden ze ieder hun eigen klas, hun eigen leven en hun eigen vriendinnen. Dat scheelde natuurlijk wel. Maar ze deelden wel een musicalgroep en een gymclubje en ik heb van die strijd onderling nooit veel gemerkt.
Tegenwoordig zijn ze eigenlijk juist bezig twee heel verschillende individuen te worden.
De één houdt van modieuze kleding, make-up en frutseltjes. Haar haar is lang en ze besteed veel tijd aan het in model kammen ervan.Ze doet de Cultuur en Maatschappij kant en wil straks archeologie gaan studeren.
De ander heeft een geheel eigen stijl, die het midden houdt tussen skater en gothic, doet aan klassiek ballet en gebruikt nooit make-up. Haar haar is ook lang, maar ze wil het een stuk korter laten knippen en het hangt meestal ongestyled naar beneden. Zij doet Natuur en Techniek en wil aan de TU luchtvaart- en ruimtevaarttechniek gaan studeren.
Totaal verschillend dus, geen enkele reden voor rivaliteit. Zou je denken. Maar dat denk je dan verkeerd. Want er wordt hier uitgebreid gediscussieerd over de raarste dingen.
Dat gaat dan zo:
Dochter 1: “Ik heb spierpijn.”
Dochter 2 (lichtelijk minachtend, want die heeft de avond ervoor een zware balletles gehad en Dochter 2 niet): “Waarvan?”
Dochter 1: “Van het vegen” (Het kind heeft de hele zaterdagochtend op haar werk het erf moeten vegen. Het is komkommertijd in de tomatenkwekerij.)
Dochter 2: “Nou, kaartjes prikken is ook zwaar werk en ik heb ook geveegd.”
Ik: “…”
Ik ga maar niet herhalen wat ik zei, maar vriendelijk was het niet, zo op de vroege ochtend. Het venijn zit hem overigens niet in de woorden, maar in de toon. Dochter 1 hing het zielige kind dat zo hard heeft moeten vegen uit en Dochter 2 het superieure wezen dat ook hard had gewerkt (dat we dat wel even beseffen!), ook nog een balletles had en dus meer recht heeft op spierpijn.
Hetzelfde soort gesprekken hebben we over aantal lesuren, hoeveelheden huiswerk. aantal repetities en de verdeling van de repetities over de afgelopen toetsweek.
De één heeft meer repetities, maar de ander moet er donderdag eentje extra maken. De één heeft meer leerwerk, maar de ander moet meer proefopgaven maken. Natuurkunde is moelijker, maar Aardrijkskunde is meer stampwerk. Kunstgeschiedenis is lastig, maar biologie is moeilijker. Spaans en Frans op een dag is vervelend, maar scheikunde valt ook niet mee. Ze blijven vergelijken, tellen en de stand bijhouden. Om gek van te worden…
Ik hoop maar dat dit nog over gaat. Anders zit ik er over twintig jaar nog mee:
“Ik ben de laatste tijd erg moe.”
“Ik heb drie kinderen.”
“Ja, maar die twee van mij zijn erg druk.”
“Mijn huis is groot.”
“Mijn huis is oud. En de hond is in de rui.”
“Mijn kat is langharig.”
“Maar mijn parkiet fluit erg hard.”
“Mijn zoon draait hardrock. Dat is harder”
“Mijn dochter speelt viool. Dat is irritanter.”
Zoiets.
Ik denk dat deze oma dan maar een blokje omgaat…
Rivaliteit
Categorie: Persoonlijk