Ons dorp heeft twee tandartspraktijken. Een daarvan, de mijne, zit in het bejaardenhuis. Het grappige is dat de wachtkamer een open ruimte in de gang is. Ik zat daar dus maandag te wachten, samen met twee oude heren. De een vond het nog te vroeg voor koffie, zei hij. Die was duidelijk in opstand tegen het strakke regiem in het huis.
De ander wachtte op zijn vrouw.
“Geen idee waar ze blijft, maar ik wacht wel”, zei hij geduldig. Ik vermoed dat daar de ervaring van een lang huwelijk sprak.
Er kwam een mevrouw voorbij met een rollator. Nou ja, er kwamen er veel voorbij, maar deze mevrouw viel me op omdat ze zo’n vrolijke uitstraling had. Ze had bijna de grote zaal bereikt toen een verpleegster haar terug riep. “U kunt nu wel terecht, mevrouw.” Ik vermoed dat er een probleempje was met een afspraak met de fysiotherapeut. De mevrouw was echter niet boos. Ze begon te giechelen als een jong meisje en keerde moeizaam met de rollator om. “Omdraaien maar weer dan. Zo blijf ik in beweging. Je blifjt lachen, hier!”
Leuk, door zo iemand wordt je zelf ook vrolijker, zelfs als je op de tandarts wacht. De opstandige meneer vond het inmiddels tijd voor koffie en de vrouw van de andere meneer was ook gearriveerd. Toen zat ik alleen. Mijn oog viel op een bord waarop aangekondigd werd dat men dinsdag bonbondoosjes ging maken. Daar heb ik me over zitten verbazen, want ik kon me er niets bij voorstellen. Zo’n doosje van de chocholaterie vouw je in een minuutje in elkaar. Dat is geen bezigheidstherapie. Of zouden ze er een paar duizend moeten vouwen? Soort van sociale werkplaats. Maar dat zal wel niet. Er zal wel geplakt en versierd moeten worden. Ik vraag me af of ze dan ook bonbons krijgen. Of alleen het doosje? En zouden die vrouwen dat nou echt leuk vinden? Die oude handen hebben geschrobd en gewassen, Ze hebben waarschijnlijk ook gebreid en genaaid, maar dan niet voor de lol, maar om het gezin netjes in de kleren te houden. En diezelfde handen moeten nu bonbondoosjes maken?
Misschien zie ik het wel helemaal verkeerd. Misschien vinden ze het wel erg leuk. Het is tenslotte vrijwillig. Mijn oma weigerde mee te doen aan dit soort activiteiten. Die vond daar niets aan. Ik lijk op haar.
Ik weet gelukkig dat ze ook handwerken in het bejaardenhuis. Ze breien onder andere dekens voor een goed doel borduren tafelkleden. Eens in het jaar hebben ze verkoop en die loopt meestal goed. Dat zou ik dan weer wel leuk vinden.
Ik vraag me alleen af wat de mannen doen. Ik heb geen idee. Kaarten of zo iets? Misschien moet ik het eens vragen. Ik moet vanmiddag weer naar de tandarts en gezien zijn normale uitloop zal ik wel weer een half uurtje in de hal van het bejaardenhuis moeten doorbrengen.
Bejaardenhuis 2 (‘s middags)
De opstandige meneer zat er weer. Hij ging niet mee naar de ouderenmiddag van de kerk. Vier oude dames wel. Een iets minder oude dame moest hen ophalen, maar er was nog een dame zoek. Die ging bij nader inzien toch niet mee, bleek bij navraag door de verpleegster. De auto stond drie straten verderop, maar ik zag alle dames, zelfs een heel dappere met rollator over de zanderige stoep lopen. Ze zijn de straat voor het bejaardenhuis aan het openbreken, vandaar.
Er zat ook nog een andere meneer, die blijkbaar op bezoek was. Want hij zei dat hij eens thuis koffie ging zetten. Hoewel hij ook gewoon in de war kon zijn, want uiteindelijk ging hij in de plaats van de thuisblijvende mevrouw mee naar de ouderenmiddag.
Ik kan begrijpen dat hij in de war was, trouwens. Het was de verjaardag van zijn vrouw. Maar die was overleden. Een dag na hun zestigste trouwdag. Alsof ze erop gewacht had. Ik liet wat meelevende geluiden horen, maar hij wilde gewoon zijn verhaal kwijt, meer niet. En toen ging hij dus gauw mee naar de kerk, zelfs zonder gedag te zeggen.
De opstandige meneer was minder onder de indruk dan ik. “Ik was vijfenzestig jaar getrouwd”, deelde hij mee. Ik reageerde oprecht onder de indruk, maar meer informatie kreeg ik niet. Ik wachtte verder op de tandarts, met angstkriebels in mijn buik en hij wachtte ook verder, maar ik weet niet waarop. Ik heb maar niet gevraagd wat hij en de andere mannen doen als de vrouwen bonbondoosjes maken of handwerken. Hij lijkt erop dat hij veel tijd doorbrengt in de wachtruimte van de tandarts…