Voor valentijnsdag kreeg ik van echtgenoot twee dingen waar ik nooit genoeg van kan krijgen: tijd voor elkaar en avontuur.
Je zou bijna denken dat hij mijn blog van vorige week gelezen had, maar ik weet zeker dat hij dat niet gedaan heeft. Blijkbaar was het sowieso wel duidelijk.
Eigenlijk vieren we nooit Valentijnsdag, maar het was een mooi excuus om te stoppen met werken en iets anders te gaan doen.
“Waar wil je heen? Jij mag het zeggen”, zei hij.
Ik aarzelde: “Geen idee, ga in ieder geval maar richting Westpunt.” Want daar is natuur en gratis stranden. Ik had in ieder geval geen zin in de stad, zoveel wist ik wel.
We reden dus de stad uit, naar het westen. Ik herinnerde me dat ik ergens gelezen had dat er vanaf landhuis Ascençion een weggetje langs de noordkust richting de stad gaat. Aangezien we de noordkust niet echt kennen (de stranden liggen aan de zuidkust), leek dat ons een leuk idee.
Natuurlijk namen we een verkeerde afslag. Dat was niet erg. Verdwalen geeft ons altijd een heel groot vakantiegevoel, zeker als het gebeurt als het toch niet precies uitmaakt waar we heen gaan. We vonden niet het bewuste weggetje, maar kwamen door een paar woonwijken weer bij de hoofdweg terecht.
Toen we voorbij Shete Boka reden, zei echtgenoot ineens: “Dáár wil ik heen” en draaide de auto om. We zijn het schildpaddenreservaat in onze bezoeken aan het eiland regelmatig gepasseerd, maar we waren er nog nooit geweest. Ik denk dat dat ook iets te maken heeft met het pinguinreservaat dat we in Zuid Afrika bezochten. Honderden pinguins achter hekken. Volgens de bordjes ter bescherming van zowel onze veiligheid als die van de vogels, maar na de woeste schoonheid van de Kaap was het toch wel een afknapper.
Ik denk dat ik hier ook zoiets verwachtte. Maar omdat we nu eenmaal op avontuur waren, gingen we toch naar binnen, betaalden de twee tientjes entree en besloten toen eerst maar eens wat te eten. Het plan was namelijk ergens onderweg te lunchen, maar dat hadden we nog niet gedaan en het was al half twee. Met gemengde gevoelens bestelden we een broodje ei, denkend dat we een klein kadetje met een paar plakjes hardgekookt ei zouden krijgen. Daaraan hadden we al kunnen zien dat we onze vooroordelen misschien bij moesten stellen vandaag. Want we kregen een flinke kadet met een paar vers gebakken eieren erop. Heerlijk!
Daarna volgden we het kaartje dat we gekregen hadden en liepen naar de eerste Boka (inham). Het was een wandeling door een bos van kronkelbomen (mangroves). Die vind ik prachtig, ze groeien in de meest ingewikkelde knopen. Onder de bomen hoorde je voortdurend geritsel, dat waren gekko’s die voor ons wegvluchtten.
Net toen we ons afvroegen of we eigenlijk wel richting de zee liepen, stopte de begroeiing en maakte plaats voor een soort maanlandschap van grote rotsen, die van dichtbij uit heel oud koraal bleken te bestaan. En daarachter hoorden we de zee.
Het was meteen duidelijk waarom hier niet gezwommen kan worden. Wat een kracht zit er in die golven! Maar het is tegelijkertijd zo ontzettend mooi. Wij kunnen uren naar zoiets kijken. Wat we dan ook gedaan hebben. Misschien geen uren, maar ik schat toch wel een half uur.
Daarna wandelden we terug door het ritselende bos en stapten in de auto om daarmee naar een andere boka te rijden, die een heel stuk verderop lag. Daar waren de schildpadden gesignaleerd, had de dame bij de ingang gezegd.
We reden over onverharde paden en natuurlijk, ondanks de duidelijke aanwijzingen, een paar keer verkeerd, maar kwamen uiteindelijk bij Boka Pistol terecht. Ik denk niet dat ik duidelijk kan beschrijven hoe mooi het daar is (maar gelukkig heb ik foto’s en zelfs een filmpje, zie onderaan deze post). Het water slaat daar met zo’n kracht de inham in, dat het door een uitgesleten gleuf weer omhoog spuit. Je hoort dan eerst een geluid dat klinkt als “bwoef!” en dan gebeurt het. Bij krachtige golven komt het dan wel een meter of tien, misschien wel twintig (want dat was lastig in te schatten) hoog. Daarna stroomt het water over de rotsen weer terug en komt er weer een nieuwe golf. Er was een platform gebouwd op het punt waar je het het beste kon zien en daar hebben we weer een geweldig half uur doorgebracht.
En we zagen daar een schildpad. Niet achter een hek, net liggend op de rotsen, zoals ik me had voorgesteld, maar zwemmend in de hoge golven. Het moet een enorm beest geweest zijn als we hem zo vanuit de verte konden zien. Even stak hij zijn kop boven water en daarna dook hij onder.
Hoewel het kaartje aangaf dat het hier op hield, liep de weg nog verder en dus reden wij ook verder, naar de volgende boka. Het moeten er minstens zeven zijn (shete betekent zeven), maar volgens mijn reisgids zelfs nog meer. Maar ik weet niet van waar tot waar ze tellen, want we zagen zover we konden kijken van die opspuitende hoge golven en vermoedden dat daar allemaal van die inhammen zijn.
We hobbelden met de auto weer terug, reden bijna de berg op in plaats van er omheen (ook altijd goed voor het vakantiegevoel, ooit deden we dat met de Mont Blanc) en parkeerden de auto maar weer bij de ingang. Daarvandaan liep nog een wandelpad die naar een grot zou moeten leiden. Die wilden we ook nog wel even zien. Eerst weer zo’n inham, minder spectaculaire golven, maar niet minder mooi. En daarna, via een uitgehouwen trap, de grot. Ik durfde er eigenlijk niet zo goed in, mede vanwege de waarschuwing dat je “passend schoeisel” moest dragen. Nu passen mijn slippers best, maar ik denk niet dat ze dat bedoelden. Gelukkig viel het mee.
De grot was een door de golven uitgesleten holte. Het pad leidde naar een paar stenen waarvandaan je onder de rotsen door de zee kon zien. De golfslag en de wind maakten een bulderens geluid, dat me, samen met het idee dat er heel wat rots boven me hing, de kriebels gaf. Maar toch ben ik blij dat ik het gezien heb. De kracht van de natuur. Dat moet je gewoon af en toe voelen om weer te weten hoe het allemaal in elkaar zit in het leven. Vind ik dan.
Nu was er nog één wandelpad, maar we besloten die voor een volgende keer te bewaren. Onze condities zijn niet al te best namelijk.
We stapten weer in de auto en reden verder richting Westpunt. Waar we langs een bordje kwamen waarop stond dat die kant op de Noordpunt was. Waren we ook nog nooit geweest. Zijn we nog steeds niet geweest, trouwens, want natuurlijk konden we het niet vinden. Wel zagen we een bordje naar “Watamula”. We hadden geen idee wat dat was, dus gingen we ernaar toe (begint u ons ‘vakantiegevoel’ een beetje te snappen? zo gaat dat altijd bij ons).
Watamula bleek een enorm platform van oud koraal te zijn, waar je over heen kon lopen om alweer een prachtig stuk kust te zien. Een behulpzame man, die duidelijk met zijn vrouw onderweg was naar een romantisch plekje, vertelde ons dat we nog een klein stukje verder moesten lopen als we iets echt moois wilden zien. Dat deden we dus maar en toen we daar waren vertelde hij ons: “Ze zeggen dat Korsow (Curaçao) hier ademt.” En hij wees naar een gat in de rotsen. En zo zag het er ook uit. Ook hier spoot het water omhoog en het zag eruit zoals een walvis die water spuit om adem te halen. Het klonk ook als adem. Zo mooi.
Onze zucht naar avontuur was nu wel grotendeels verzadigd. We reden nog wat weggetjes puur omdat we die nooit eerder namen en besloten toen dat we dorst hadden. Bij een “snack” (een soort restaurantje waar Antillianen vaak eten en drinken halen) dronken we wat en toen we drie amerikanen met een bakje kip zagen, besloot echtgenoot dat hij ook wel wat wilde eten (dat ene broodje ei was voor hem niet echt genoeg). Het bord met de “kaart” was volledig in het papiamento, dus we twijfelden wat alles was. Het reisgidsje met een woordenlijst lag in de auto, maar een beetje puzzelen is leuker. Boven aan stond geit, dat wist ik zeker. Helaas voelde echtgenoot zich niet avontuurlijk genoeg om dat te proberen, hoewel ik dat nu jammer vind, want de dame die deze snack beheerde kon goed koken. Misschien gaan we binnenkort nog terug voor de geit. De amerikanen stonden inmiddels weer bij het loket, want die wilden meer ketchup (tja… Amerikanen, hè?).
Echtgenoot vroeg welke van de twee gerechten met galina zij besteld hadden. Galina is kip, dat wist ik. Stoba is gestoofd, maar wat hasa is wist ik even niet. De amerikaan haalde zijn schouders op: “We just asked for chicken.” Kan natuurlijk ook. Omdat de amerikaan met zijn bakje er toch stond, vroeg echtgenoot toen maar om “wat hij heeft”. Later bleek hala gebakken te betekenen en dat was precies wat hij wilde. Het duurde even voor het klaar was, maar toen was het ook echt heel erg lekker (ik heb een stukje geproefd). Het zal niet overal zo zijn, natuurlijk, maar de snack bij Santa Cruz is in ieder geval aan te raden.
Inmiddels liep het al tegen de avond. We reden op ons gemak terug, konden op de ring nog net een afslag nemen om te voorkomen dat we in een file-door-een-ongeluk terechtkwamen en slingerden gezellig door de stad naar huis. Waar we niet heengingen, want we wilden ons vakantiegevoel nog wat langer rekken.
We reden door naar de gloednieuwe Beach Boulevard, waar we een heleboel restaurantjes wisten. Heerlijke tegenstelling, van het woeste natuurgeweld naar dit toeristische stukje Curaçao. Maar ja, ook dat… precies. Vakantiegevoel.
We dronken wat bij de Wet & Wild Beachclub, die lang zo wild niet is als je zou denken bij die naam en natte kleding word er ook niet echt gewaardeerd. We keken naar de zon die besloot eens gek te doen en onderging via het dek van een boot (zie foto hieronder) en gingen daarna op zoek naar een restaurantje. Dat bleek nog niet mee te vallen zonder reserveren, want vanwege Valentijnsdag zat alles vol. Maar gelukkig wilde men bij El Mexicano wel plaats voor ons maken. We aten een “combinaçion” van Mexicaanse gerechten en er viel alweer een vooroordeel weg. De enige andere keer dat we mexicaans aten viel het namelijk behoorlijk tegen. Maar dit was heerlijk.
Na het eten wandelden we terug langs de zee, gingen op de verlaten strandstoelen liggen om naar de sterren te kijken en besloten toen nog wat te gaan drinken. Wet & Wild was de enige bar waar het gezellig druk was, dus mengden we ons maar in de drukte. De gezellige jaren tachtig muziek was inmiddels vervangen door jaren negentig dansmuziek. De dochters weten dat we daar een hekel aan hebben, maar het blijkt op het strand toch anders te klinken dan in ons kleine huiskamertje (en het scheelt waarschijnlijk dat er geen trancemuziek gedraaid werd). Eigenlijk was het best gezellig en als ik nog een roseetje had genomen was ik misschien zelfs gaan dansen. Iets wat ik beter niet kan doen, want ik mag dan van de zijlijn constateren dat alle jonge vrouwen van tegenwoordig een bezemsteel als ruggegraat hebben (beweeg die heupen nou eens!), het is waarschijnlijk geen gezicht als een vrouw van 42 met overgewicht zich gaat verbeelden dat haar heupen het nog net zo doen als 25 jaar geleden…*
Maar het was even goed een leuke afsluiting van deze avontuurlijke Valentijnsdag.
*een paar dagen later deed ik het toch, maar dat is een ander verhaal voor een ander schrijfsel. Of misschien is het een verhaal dat beter ongeschreven kan blijven. Die heupen doen het trouwens nog wel.
Kronkelboom (mangrove) |
Boka Kalki |
Boka Kalki |
Boka Pistol |
Boka Pistol |
Dat was al duidelijk… (de tekst op het bordje zegt dat de golven bij de noordkust erg krachtig en gevaarlijk kunnen zijn) |
Nog een inham (voorbij de grenzen van het park) |
Boka Tabla |
in de grot |
onverharde wegen in de buurt van Watamula |
Watamula |
waar Korsow ademt… |
zon aan boord |
Ja, het was (en is) heerlijk! Dank je! Genieten doen we zeker.
Wat OVERheerlijk dat je weer 'daar' zit, das echt super en wat een superheerlijkegeweldige dag was dit, die foto's, GEWELDIG!!!
Geniet er maar van, het is je van harte gegund!!!! xxx
Ja, dat was echt genieten. Ik ben dol op rotsen en zee. En die twee samen… wow! (ja ik weet het 😉 ooit ga ik naar Noorwegen om de fjorden te zien).
Dank je!
Ja, de beelden zijn gelukkig duidelijk genoeg. De microfoon op mijn camera kon het niet aan, je hoorde eigenlijk alleen maar wind… Zo jammer, want ik had dat "bwoef!" zo graag willen opnemen.
Ik kan het geluid van de brekende golven bijna horen!
Het is leuk om jullie belevenissen te lezen! Alsof je er zelf even bij bent.
Heerlijk dat avontuurlijke vakantiegevoel, niet precies weten waar je heen gaat, wat je tegen zult komen en zelfs niet precies weten wat je voor eten bestelt.
Wat een prachtige foto's van dat opspattende water! Dat moet echt genieten zijn geweest om zoiets spectaculairs te kunnen zien.
Nog een fijne tijd daar!