Allereerst: iedereen een heel gelukkig en gezond 2025 gewenst!
Zo, dat staat er alvast. Verder vind ik het altijd lastig om zo’n nieuwjaarsblogje te schrijven. Het is toch een beetje traditie om daarin allerlei goede voornemens, doelen en plannen voor het nieuwe jaar op te noemen. Maar ik ben inmiddels oud genoeg om te weten dat van al die voornemens vaak bitter weinig terecht komt, zeker als je te erg focust op “vanaf 1 januari ga ik het helemaal goed doen”. De meeste voornemens sneuvelen binnen twee weken.
Emmy van Deurzen drukte het mooi uit in een van haar nieuwste videos: het enige voornemen dat je zou moeten maken, is om iedere dag opnieuw voornemens te maken.
(even terzijde: als je – zoals ik – klaar bent met twintigjarige meisjes die denken dat ze alles weten, maar toch graag videos met wijze levensadviezen kijkt, is Emmy een aanrader. Zij heeft niet alleen een degelijke opleiding en praktijkervaring, maar ze heeft ook lang genoeg geleefd om aannemelijk te maken dat ze weet waar ze over praat.)
Dat dagelijks opnieuw beginnen is iets waar ik mezelf al jaren van probeer te overtuigen. Maar ik heb nu eenmaal een zwak voor datums, deadlines en grootse plannen. Voor mij is de hele periode van de zonnewende tot 1 januari een periode van zelfbespiegeling, terugblikken, vooruitkijken, evalueren en plannen maken. Tenminste, dat probeer ik. In de praktijk is het vaak moeilijk om dat te doen, want het is nu eenmaal ook een enorm drukke periode, zeker nu we heen en weer reizen tussen Curaçao en Nederland. Het komt er meestal op neer dat ik op de dag van de zonnewende besef dat ik niet goed voorbereid ben, dan opgelucht bedenk dat er nog een ándere mooie datum is en alle nieuwjaarsactiviteiten voor me uitschuif naar 1 januari. Om me vervolgens op 31 december te realiseren dat ik nog steeds nergens goed over nagedacht heb. Ik weet wel wat ik wil bereiken, maar ik heb geen idee hoe.
Ik zie op het internet vooral jonge mensen prachtige lijstjes maken met doelen en subdoelen en stappen. Maar daar kom ik dus nooit aan toe.
En eigenlijk is dat ook niet erg.
Ik kan wel een lijstje maken, hoor. Maar ik word er altijd erg zenuwachtig van. Want dan móet het en iedere kleine afwijking van dat uitgekiende plan voelt als falen. Wat dan weer niet goed is voor mijn doel om wat meer vertrouwen in mezelf te hebben en me ook niet helpt om (lichamelijk én mentaal) beter voor mezelf te zorgen. Bewuster leven doe je ook niet als je voortdurend lijstjes in je achterhoofd hebt die je moet afvinken. Met dat soort levensdoelen ben je een leven lang bezig, zonder ze ooit volledig te bereiken. Het leven is een reis, geen eindstation.
Maar toch zijn er een paar kleinere dingen die ik hier wil noemen. Niet zozeer persoonlijke levensdoelen, maar “werkdoelen”.
Ik wil dit jaar echt iedere week een stukje hier plaatsen en ook mijn leesblog actief bijhouden. Dat moet lukken, tenzij er heel heftige dingen gebeuren. Daarnaast wil ik dit jaar weer eens een boek schrijven.
Dat laatste staat daar heel fier, maar ik heb het daadwerkelijk vier keer gewist en opnieuw getypt. Want dat is iets wat ik al jaren zeg (mijn laatste boek verscheen in 2019) en het lukt me nooit.
Ik kan natuurlijk maandelijkse of zelfs wekelijkse doelen zetten. Mijn boeken zijn meestal rond de de 50.000 woorden, dus met 1000 woorden per week heb ik een boek. Maar zo werkt het voor mij niet. Als ik eenmaal begonnen ben en het verhaal me pakt, ben ik binnen een paar weken klaar. Maar dan moet ik wel eerst beginnen. Tja. Misschien toch die 1000 woorden afdwingen? Zelfs als het me niet pakt en het dus waarschijnlijk een verhaal van niets wordt? Dan heb ik in ieder geval het fictie schrijven weer opgepakt en wie weet brengt dat uiteindelijk de boel weer op gang. Misschien nog niet zo’n slecht idee. Soms heb je een stok achter de deur nodig. Of een schop onder de kont.
Bovenstaande alinea was een staaltje “denken via het toetsenbord”, wat ik wel vaker doe, maar meestal weer verwijder. Maar dit laat ik staan. Kijken of het werkt. Ik ga geen teller neerzetten, want dat voelt als teveel druk, maar ik geef mijn lezers bij deze toestemming om af en toe te vragen hoeveel woorden ik heb geschreven.
Wat dat zelfvertrouwen betreft: mijn innerlijke criticus vindt dit maar een onsamenhangend en saai stukje. Maar ik post het lekker toch. Want het is wel authentiek en laat dat nou mijn woord voor dit jaar zijn…
Foto door Bastian Riccardi