Met grote letters stond het deze week in mijn agenda: jetlag. Dat had ik twee maanden eerder gedaan, omdat ik me heel verstandig realiseerde dat ik die dagen niet te veel afspraken moest maken. En ik heb echtgenoot ook gedwongen het in zijn (digitale) agenda te zetten. Want het is zo verleidelijk om juist die eerste week veel te vol te plannen en dan zit je meteen weer diep in de stress.
Toen we zondag thuis kwamen, leek het eigenlijk wel goed te gaan. Een uurtje slapen en we konden er weer tegenaan. Ik pakte de koffers alvast uit, ruimde de schone spullen op en waste de rest. Dat ging allemaal heel soepel eigenlijk. Maandag gaf ik de planten water, deed boodschappen, dweilde de vloer en deed wat andere schoonmaakklusjes. Niet dat de achtergebleven dochter het niet goed gedaan had, maar gewoon, omdat ik dat wilde. Om weer het gevoel te krijgen dat dit mijn huis was. Want het voelde een beetje raar om weer hier te zijn.
Toch pakte ik de meeste routines gewoon weer op zoals ik die altijd gedaan heb. Inclusief veel te veel koffie drinken, want zowel echtgenoot als ik liepen alweer blindelings naar dat apparaat toe. Het is een geluk bij een ongeluk dat ons superdeluxe zelfmalende verse-koffie-met-één-druk-op-de-knop-apparaat zo goed als versleten is en kuren vertoont. We maken de bonen nog op en gaan dan weer aan een ouderwets druppelapparaat. We vinden namelijk die vier kopjes koffie die we nu drinken meer dan genoeg, maar als koffiezetten te gemakkelijk gaat, zitten we zo weer aan de eh… veel meer kopjes (twaalf? nog meer?) die we voor we naar Curaçao gingen dronken.
Andere dingen ontwen je blijkbaar sneller. Zo vindt heel Nederland het heerlijk weer, terwijl ik wintertruien draag en in een dichtgeknoopte winterjas naar buiten ga. Want wij vonden het de laatste wekeken al fris worden bij een graad of 26 en dat haalt zelfs deze extreem warme lente niet.
Hoewel ik dus zondag en maandag het idee had dat we zo goed uitgerust waren dat de jetlag deze keer heel erg meeviel, sloeg het dinsdag ineens serieus toe. Ik kon niet wakker worden en ik voelde me ziek. Duizelig Keelpijn. Hooikoorts? Of verkouden vanwege de temperatuur? Ik weet het niet. Maar het duurde de hele dag en ik gaf er maar gewoon aan toe. Beetje rondkijken op internet (maar te duf om ergens te reageren) en een boek lezen. Vandaag heb ik wel wat gedaan (onder andere dit stukje schrijven), maar echt lekker gaat het nog niet. Ik denk dat ik de rest van de dag maar weer vrij neem, want met watten in je hoofd kun je weinig nuttigs doen. Nadenken gaat niet en lichamelijk werk eigenlijk ook niet, want ik loop overal tegenop.
Gelukkig had ik dat al voorzien en schreef ik in februari al “jetlag” boven deze week. Ik heb deze week dus verder helemaal niets te doen. Zou je denken.
Maar inmiddels is het woensdag en ik moet deze week wel echt even de post opruimen en de boekhouding op orde brengen. Die heb ik digitaal wel bijgehouden, maar ik moet wat dingen uitprinten en ouderwets analoog opbergen en nummeren. Vanavond gaan we dochter-uit-Durham van Schiphol halen en die brengt hoogstwaarschijnlijk een koffer vol was mee (mag hoor!). En de nieuwsbrief van deze maand moet ook weer online. En dit stukje, zowel in het Nederlands als in het Engels. Dat staat allemaal keurig onder dat woordje “jetlag” geschreven. En dan heb ik het nog niet over alle dingen die er nog niet staan (de tuin bijvoorbeeld).
Dat is blijkbaar nog zo’n slechte gewoonte die ik direct weer oppak, net als die koffie. Ik ben amper thuis en ik begin alweer veel te lange lijstjes te maken met dingen die eigenlijk best kunnen wachten. Maar dat is niet de bedoeling. Ik mag dan op dit moment in of eigenlijk tussen twee werelden leven, maar als het enigszins mogelijk is wil ik het beste van die twee werelden. En de ontspannen levenshouding, die daar zoveel normaler is dan hier, valt zeer zeker onder die categorie.
Ik herinner mezelf dan maar aan onze verhuurder en zijn beste vriend. Die kwamen regelmatig de buitenboordmotor die vlakbij ons apartement stond ophalen. Ze hadden een piepklein bootje en gingen daarmee de zee op om te vissen. Of ze ooit iets vingen, weet ik niet, maar daar ging het ook niet om.
Als ze met die motor wegliepen zeiden ze steevast hetzelfde: “Wij gaan even de stress weggooien. Dat moet je regelmatig doen, anders gaat het niet goed met je.”
En dat zijn wijze woorden!
(deze foto’s maakte ik op onze laatste dag op Curaçao. Meer foto’s en beschrijvingen staan hier)
Daar is ze weer 🙂 Welkom thuis 🙂
Ja, balen is dat… zo'n jetlag en dan ook nog eens ziekjes, niet leuk allemaal…
Hoe fijner het was, hoe harder die jetlag er in hakt (vind ik althans…).
Ik hoop maar dat jullie snel weer je draai kunnen vinden, geniet maar lekker van de tijd met dochterlief en de rest van de family 🙂
Zo verwonderlijk hoe dat gaat: je bent weer thuis en voor je het weet val je weer in je oude routine.
Ik ken het.
Zelfs je logs zijn weer zoals voor je reis 😉 Niet dat ik dat erg vind hoor!
Het vergt vast nog heel veel reizen naar Curaçao om steeds meer je twee levens in in overeenstemming te brengen.
Het is mogelijk weet ik inmiddels, hoewel het mij al een paar jaar kost om dat voor elkaar te krijgen 🙂
Beterschap en veel plezier met de verhalen van je dochter uit Durham.
Dank je! Ja, die jetlag hakt er inderdaad in, deze keer. De draai begint langzaam tevoorschijn te komen, gelukkig 😉
Ja, het duurt nog wel even voor dat helemaal soepel loopt. Het zijn dan ook echt twee verschillende werelden, al denk ik dat dat minder wordt als we daar een eigen plek hebben. Dan heb je toch meer te klussen, ruimen en soppen dan in een huurappartement.